SA des Automobiles Grégoire was een Franse autofabrikant.
Jean-Pierre Grégoire, voorheen mede-eigenaar van Soncin, richtte in 1903 het bedrijf Grégoire et Cie op in Poissy en begon in 1904 met de productie van auto’s. In 1907 werd de naam gewijzigd in SA des Automobiles Grégoire. In 1919 kwam het bedrijf onder controle van de firma Forges et Ateliers de la Fournaise. In 1921 werden enkele modellen gemaakt voor Bignan. De productie eindigde in 1924.
Eerst was er het 8 CV eencilindermodel, het 12 CV tweecilindermodel en vanaf 1904 het 20 CV viercilindermodel. Tot 1908 werden meer dan 200 van de tweecilindervoertuigen gebouwd. De tweecilinder 13/18 CV had een cilinderinhoud van 1105 cm³ met een boring van 80 mm en een slag van 110 mm. Het maximale vermogen was 20 pk bij 1800 tpm. De basisprijs was 5600 francs. In 1908 was er het viercilindermodel 10 CV met een cilinderinhoud van 2000 cc, in 1911 kwam daar de 16/24 CV bij. De 6/8 CV twin uit 1906 had een cilinderinhoud van 1105 cc met een boring van 80 mm en een slag van 110 mm. Een viercilindermotor uit 1909 had een cilinderinhoud van 2211 cc met een boring van 80 mm en een slag van 110 mm. De 1913 12 CV was 1725 cc met een boring van 65 mm en een slag van 130 mm. De vier racewagens van 1912 hadden een viercilindermotor met een cilinderinhoud van 2981 cc met een boring van 78 mm en een slag van 156 mm. De 15 HP uit 1920 had een cilinderinhoud van 2001 cc met een boring van 70 mm en een slag van 130 mm. Het maximale vermogen was 35 pk bij 2300 tpm. De motor had een compressieverhouding van 4,95:1. De wielbasis was 2850 mm en de spoorbreedte was 1290 mm. De banden hadden een diameter van 820 mm en een breedte van 120 mm. De prijs van het chassis was 16.500 frank.
Voertuigen van dit merk zijn te zien in verschillende automusea, voornamelijk in Frankrijk.
Van een van Grégoire’s laatste prototypes ontwikkelde Hinstin een sportieve kleine auto en bracht deze onder zijn eigen naam op de markt.