Econom
Econom was een fabrikant van bedrijfsvoertuigen (1948-1956) in Berlijn-Spandau OT. Haselhorst, Rhenaniastraße 14 en Berlijn-Wilmersdorf, Landhausstraße 19/20.
In 1948 richtte Hellmuth Butenuth het bedrijf in Spandau op als het eerste nieuwe autoproductiebedrijf in Duitsland na de Tweede Wereldoorlog. Hellmuth Butenuth was in de jaren twintig en dertig technisch directeur van Hanomag. In 1932 richtte hij zijn eigen bedrijf op in Berlijn, waar hij allerlei soorten voertuigen produceerde , maar hij bleef voor Hanomag werken. In 1937 nam hij het grote agentschap voor Ford in Berlijn over.
Tijdens de oorlog richtte hij samen met de firma Günther Lenz in Berlijn-Wilmersdorf een werkplaats voor bedrijfsvoertuigen op om Ford BB-vrachtwagens om te bouwen. Er werden buitenlandse dwangarbeiders ingezet. Al in 1942 werden 100 Sovjet- en 40 Franse arbeiders gehuisvest in bedrijfskampen, waarschijnlijk later meer. In 1948 werd de Econom-fabriek opgericht in Berlijn-Spandau om gemeentelijke voertuigen te produceren , b.v. om puin op te ruimen.
De eerste vrachtwagens werden voorlopig gerestaureerd uit gebruikte bedrijfswagens. De circa 50 medewerkers bouwden inmiddels vrachtwagens, die bij gebrek aan voorraden aanvankelijk gemaakt moesten worden van oude vrachtwagenonderdelen. In 1950 werd de eerste Econom-truck met een Kämper- dieselmotor van 25 pk gepresenteerd op de Autoshow van Berlijn. Vanaf 1952 werd de 45 pk sterke “Econom Municipal Vehicle” gebouwd, die vanwege zijn zuinigheid behoorlijk succesvol was. Een drie-assige vrachtwagen met twee gestuurde voorassen en een totaalgewicht van 6,5 ton zorgde voor opschudding. In 1955 had de fabriek ongeveer 1000 vrachtwagens met 200 werknemers geproduceerd.
In 1949 werd een vierwielige auto ontwikkeld genaamd ” Econom Teddy”, die de bijnaam “Krabbe” kreeg. Het model was stilistisch zeer modern en bood moderne accessoires. Het was gepland als sedan en cabriolet. Door een gebrek aan interesse van de klant kon de Teddy zich niet verdedigen tegen de herstart van de serieproductie van auto’s door de grote fabrikanten. Tot juni 1950 werd het model in kleine aantallen gebouwd. Een gepland opvolger-model bleef een prototype.
In 1956 werd de vrachtwagenfabriek gesloten omdat deze niet kon concurreren met de grootschalige productie die zich inmiddels op de markt had hersteld. Daarna breidde Hellmuth Butenuth het Ford-agentschap uit dat hij in 1937 in Berlijn had opgericht. In 1978 had hij elf autodealers en ongeveer 260 medewerkers.